De Dienst Vreemdelingenzaken gaat vervolgens na of er inderdaad sprake is van gegronde twijfel, in welk geval verder gehandeld wordt overeenkomstig artikel 508, § 3, van de programmawet (rechtstreekse bevraging bij uitgever van het origineel document, of, in tweede orde, origineel document laten overmaken door de betrokkene).
L'Office des étrangers vérifie ensuite s'il est effectivement question d'un doute légitime et, si c'est le cas, poursuit la procédure conformément à l'article 508, § 3, de la loi-programme (interpeller de façon directe celui qui a délivré le document original ou, en second recours, inviter la personne concernée à produire le document original).