In dit verband, en waar passend, blijft de bijdrage van de activiteiten van een EGTS die ook leden omvat uit derde landen die naburig zijn aan ten minste één lidstaat, met inbegrip van zijn ultraperife
re gebieden, aan de doelstellingen van het beleid inzake het externe optreden van de Unie, zoals doelstellingen inzake ontwikkelingssamenwerking of economische, financiële en technische samenwerking, louter bijkomstig, aangezien het zwaartepunt van de betrokken samenwerkingsprogramma's, en bijgevolg ook de focus van de activiteiten van die EGTS hoofdzakelijk op de doelstellingen van het cohesiebeleid van de Unie moeten liggen. Bijgevolg zij
...[+++]n doelstellingen van ontwikkelingssamenwerking of economische, financiële en technische samenwerking tussen slechts één lidstaat, met inbegrip van zijn ultraperifere gebieden, en één of meer derde landen slechts bijkomstig bij de op het cohesiebeleid gebaseerde doelstellingen van territoriale samenwerking tussen lidstaten, met inbegrip van hun ultraperifere gebieden.Dans ce contexte, et s'il y a lieu, la contribution des activités d'un GECT comprenant également des membres de pays tiers voisins d'au moins un État membre, y compris ses régions ultrapériphériques,
aux objectifs des politiques d'action extérieure de l'Union, comme par exemple des objectifs de coopération au développement ou de coopération économique, financière et technique, reste purement marginale, car le centre de gravité des programmes de coopération en question et, par conséquent, celui des activités dudit GECT devraient porter essentiellement sur les objectifs de la politique de cohésion de l'Union. En conséquence, les objectifs
...[+++]de coopération au développement ou de coopération économique, financière et technique entre un seul État membre, y compris ses régions ultrapériphériques, et un ou plusieurs pays tiers ne sont que des objectifs accessoires aux objectifs de coopération territoriale entre États membres, y compris leurs régions ultrapériphériques, au titre de la politique de cohésion.