3. verzoekt de Commissie het gemeenschappelijk toezichts- en evaluatiekader (GTEK) te verbeteren zodat de lidstaten en de Commissie over een doeltreffend werkinstrument beschikken dat relevante gegevens genereert waarmee kan worden gevolgd welke resultaten de aan maatregel 121 uitgegeven middelen opleveren; dringt erop aan betrouwbare indicatoren te ontwikkelen zodat er vergelijkingen kunnen worden gemaakt tussen lidstaten (en/of regio’s) en te controleren of de prioritaire doelstellingen van de Unie zijn gehaald;
3. invite la commission à améliorer le cadre commun de suivi et d'évaluation (CCSE), de manière à ce que les États membres et la Commission disposent d'un instrument efficace fournissant des données pertinentes pour le suivi des résultats obtenus avec les fonds dépensés au titre de la mesure 121; insiste sur la nécessité d'élaborer des indicateurs fiables afin de permettre la comparaison entre les États membres (et/ou les régions) et de suivre la mise en œuvre des priorités de l'Union;