6. verlangt daarom dat het evenwicht tussen openbare en commerciële zenders - in die lidstaten waar openbare zenders bestaan - en de onderlinge verbinding van mededingings- en mediawetgeving gegarandeerd wordt, om de pluriformiteit van de media te bevorderen; benadrukt dat ook openbare mediazenders in toenemende mate gericht zijn op het maken van winst, wat in veel gevallen vragen doet rijzen met betrekking tot het gepaste gebruik van openbare middelen;
6. demande, dès lors, que l'équilibre entre les services de radiodiffusion publics et privés, dans les États membres fournissant de tels services publics, ainsi que l'articulation entre le droit de la concurrence et le droit des médias soient garantis, afin de renforcer la pluralité des médias; souligne que les services de radiodiffusion publics sont également de plus en plus mus par l'appât du gain, ce qui soulève souvent des questions sur l'utilisation appropriée des fonds publics;