In de commissie voor de Binnenlandse Zaken beweerde de huidige minister dat het cijfer van 43 715 dossiers dat Duquesne destijds verstrekte, betrekking had op de achterstand bij de drie asielinstanties, de asielverzoeken die het voorwerp uitmaken van een beroep bij de Raad van State dus uitgezonderd.
L'actuel ministre a affirmé en commission de l'Intérieur que le chiffre de 43 715 dossiers communiqué à l'époque par M. Duquesne, se rapportait au retard auprès des trois instances chargées de l'asile, soit à l'exclusion des demandes d'asile faisant l'objet d'un recours auprès du Conseil d'État.