2. stelt vast dat de toewijzingen per lidstaat en per doelstelling sterk verschillen; benadrukt dat er geen uniform beleid is voor alle regio's en dat een dergelijke poging zou leiden tot een gebrek aan draagkracht en identificatie met elke strategie voor groei, waardoor de uitvoering ervan te wensen zou overlaten;
2. note que les dotations peuvent varier considérablement d'un État membre et d'un objectif à l'autre; souligne qu'il n'existe pas de politique unique applicable dans tous les domaines, et que l'élaboration d'une telle politique empêcherait l'identification avec une quelconque stratégie de croissance et déboucherait sur un manque d'appropriation et une mise en œuvre insuffisante de cette dernière;