De Minister kan, na advies van het in artikel 6 bedoeld college van coördinatoren, een einde maken aan het mandaat van één lid van de Erkenningscommissie, dat duidelijk blijk zal gegeven hebben van gebrek aan regelmatigheid in het bijwonen van de vergaderingen of van gebrek aan belangstelling voor de opdracht die het werd toevertrouwd, of die niet meer aan de voorwaarden voldoet om lid van de Erkenningscommissie te zijn.
Le Ministre peut, après avis du collège des coordinateurs visé à l'article 6, mettre fin au mandat d'un membre de la Commission d'agrément qui aura fait notoirement preuve d'un manque d'assiduité aux réunions ou d'un manque d'intérêt pour la mission qui lui a été confiée, ou qui ne répond plus aux conditions pour être membre de la Commission d'agrément.