38. wenst dat, zoals voorgesteld op de Top van Monterrey, de lidstaten tegen het jaar 2006 hun steun aan ontwikkelingssamenwerking verhogen tot 0,33% van hun BBP, en dat deze steun vooral wordt bestemd voor duurzame plattelandsontwikkeling, uitroeiing van armoede, voldoende erkenning van het werk van vrouwen op het platteland en gegarandeerde voedselvoorziening op de plaatselijke markten;
38. exige que les États membres, ainsi que le sommet de Monterrey les y a incités, relèvent leur aide au développement pour qu'elle atteigne 0,33 % de leur PIB en 2006, en accordant une attention particulière au développement rural durable, à l'élimination de la pauvreté et à la valorisation du travail féminin à la campagne, ainsi qu'à la garantie d'un approvisionnement des marchés locaux;