Indien de niet in België gevestigde belastingplichtige die van deze bijzondere regeling gebruik maakt, echter in België ook handelingen verricht, die niet aan deze bijzondere regeling onderworpen zijn en waarvoor hij overeenkomstig artikel 50, § 1, eerste lid, 3°, voor BTW-doeleinden moet geïdentificeerd zijn, brengt hij de belasting die verband houdt met de aan deze bijzondere regeling onderworpen handelingen in aftrek in de aangifte bedoeld in artikel 53, § 1, eerste lid, 2°.
Lorsqu'un assujetti non établi en Belgique qui se prévaut de ce régime particulier, effectue également en Belgique des opérations non soumises à ce régime particulier, pour lesquelles il est tenu de se faire identifier aux fins de la T.V.A. conformément à l'article 50, § 1 , alinéa 1 , 3°, il déduit les montants de T.V.A. qui se rapportent aux opérations soumises à ce régime particulier, dans la déclaration de T.V.A. visée à l'article 53, § 1 , alinéa 1 , 2°.