Vertaling van "economische groei beduidend " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE

aanhoudende economische groei | houdbare economische groei
croissance économique soutenue

economische groei
croissance économique

economische groei [ economische expansie | nulgroei ]
croissance économique [ croissance zéro | expansion économique | taux de croissance ]

niet-inflatoire economische groei | niet-inflatoire groei
croissance économique non inflationniste | croissance non inflationniste

duurzame economische groei | duurzame groei
croissance durable | croissance économique durable | croissance économique viable

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

De doorgevoerde belastingverhogingen hebben reeds duidelijk negatieve economische gevolgen veroorzaakt : sinds 1993 blijft de economische groei beduidend onder het niveau van onze belangrijkste handelspartners, de concurrentiekracht en de exportprestaties verzwakken aanzienlijk, de loonkosten blijven verzwaren en ook de loonkostenhandicap van ons land ten opzichte van onze handelspartners neemt voortdurend toe, het aantal faillissementen loopt voortdurend op, de werkloosheid stijgt opnieuw en het investerings- en vertrouwensklimaat is geschonden.
Les augmentations d'impôts ont déjà, à l'évidence, entraîné des conséquences économiques négatives : depuis 1993, la croissance économique reste largement inférieure à celle de nos principaux partenaires commerciaux, la compétitivité et les performances à l'exportation se dégradent fortement, les coûts salariaux ne cessent d'augmenter et le handicap salarial de notre pays par rapport à nos partenaires commerciaux ne fait également que s'aggraver, le nombre de faillites augmente sans cesse, le chômage est à nouveau à la hausse et le climat d'investissement et de confiance est ébranlé.

Ze hebben daarbij veel te veel fiscale en parafiscale lasten opgelegd waardoor de tewerkstelling automatisch in de verdrukking is gekomen en de economische groei beduidend lager uitvalt dan in een aantal niet-Europese landen het geval is.
Les charges fiscales et parafiscales qu'elles ont instaurées dans la foulée ont atteint un niveau tel que l'emploi s'en est automatiquement ressenti et que la croissance économique est nettement plus faible que dans certains pays non-européens.

1. benadrukt dat het wereldlandschap in de afgelopen jaren is veranderd, en dat het economische en politieke evenwicht in de wereld is verschoven, dat sommige ontwikkelingslanden en opkomende economieën weliswaar een beduidende economische groei hebben doorgemaakt maar nog steeds een hoge en toenemende mate van ongelijkheid kennen; is van mening dat er een nieuwe benadering nodig is die ook mondiaal bestuur omvat, met bijzondere aandacht voor beleidscoherentie voor ontwikkeling en mondiale collectieve voorzieningen;
1. souligne que la scène internationale a changé ces dernières années, notamment du fait de mutations majeures de l'équilibre économique et politique mondial, et que si certains pays en développement et émergents ont connu une croissance économique sensible, ils restent confrontés à des inégalités fortes et croissantes; estime qu'il est nécessaire d'adopter une nouvelle approche qui englobe la gouvernance mondiale, en mettant fortement l'accent sur la cohérence des politiques au service du développement et sur l'offre de biens publics mondiaux;

Qua economische groei en het scheppen van nieuwe werkgelegenheid is de Europese Unie ten opzichte van de Verenigde Staten sinds 1990 beduidend achtergebleven.
En matière de croissance économique et de création d'emplois, l'Union européenne est restée à la traîne des Etats-Unis depuis 1990.

2. wijst erop dat de gemiddelde economische groei in de EU-15 decennium na decennium is vertraagd; herinnert eraan dat de gemiddelde economische groei in de EU sinds 2000 1,4% bedraagt, wat beduidend lager is dan de 2,6% uit de periode 1991-2000; wijst erop dat de voorspellingen het hebben over een nieuwe vertraging van de economische groei na 2006, wat erop duidt dat het herstel niet als vanzelfsprekend mag worden beschouwd;
2. relève que la croissance économique moyenne dans l'UE-15 a fléchi au fil des décennies; rappelle que, depuis 2000, la croissance économique moyenne dans l'UE s'établit à 1,4 %, ce qui est inférieur au taux de 2,6 % observé au cours de la période 1991-2000; relève que les prévisions vont dans le sens d'un nouveau ralentissement de la croissance économique après 2006, ce qui montre que la reprise ne saurait être tenue pour acquise;

1. uit in de eerste plaats zijn bezorgdheid over de aanhoudend trage groei in Europa sinds 2002, die in de eurozone slechts langzaam van 0,6% in 2003 naar 1,3% in 2005 is gestegen, in tegenstelling tot het Amerikaanse groeicijfer van 3,5% in 2005 en de wederopleving van de Japanse economie onder invloed van de toenemende binnenlandse vraag van privé-eindgebruikers; is in de tweede plaats bezorgd over de aanhoudend hoge werkloosheidsgraad van 9% in de EU-25 en van 8,1% in de EU-15 en in de derde plaats over de outputkloof van momenteel -1% van het BBP, wat erop wijst dat de economische groei in de EU beduidend onder zijn potentieel op lange termijn blijft als gevolg van de structurele inflexibiliteit, de zwakke binnenlandse vraag en het gebrek aan een goed evenwicht in de macro-economische beleidsmix; benadrukt dat het groeipotentieel van de Europese economie extreem laag blijft, ongeveer 2%, wat veel lager is dan elders in de wereld; is van mening dat dit groeipotentieel onvoldoende is voor het scheppen van arbeidsplaatsen en het terugdringen van de werkloosheid of voor de ontwikkeling van een uitgebreide Unie;
1. exprime son inquiétude, premièrement, devant la persistance d'une croissance lente en Europe depuis 2002, le rythme de la croissance ne s'étant que progressivement accéléré dans la zone euro pour passer de 0,6 % en 2003 à 1,3 % en 2005, ce qui contraste avec le taux de croissance de 3,5 % affiché par les États-Unis en 2005 et le rebond de l'économie japonaise, induit par la demande intérieure finale privée, deuxièmement, devant la persistance d'un taux de chômage élevé, atteignant 9 % dans l'Union à 25 et 8,1 % dans l'Union à 15 et, troisièmement, quant à l'écart de production qui atteint actuellement -1 % du PIB, ce qui prouve que la croissance économique de l'Union, entravée par des rigidités structurelles, une demande intérieure faible et l'absence d'un dosage équilibré des politiques macroéconomiques, reste bien en deçà de son potentiel à long terme; relève que la croissance potentielle de l'économie européenne demeure trop faible, autour de 2 %, chiffre qui est très inférieur à ceux enregistrés ailleurs dans le monde; estime que ce potentiel de croissance est insuffisant pour créer des emplois, réduire les taux de chômage et développer l'Union à 25;

1. uit in de eerste plaats zijn bezorgdheid over de aanhoudend trage groei in Europa sinds 2002, die in de eurozone slechts langzaam van 0,6% in 2003 naar 1,3% in 2005 is gestegen, in tegenstelling tot het Amerikaanse groeicijfer van 3,5% in 2005 en de wederopleving van de Japanse economie onder invloed van de toenemende binnenlandse vraag van privé-eindgebruikers; is in de tweede plaats bezorgd over de aanhoudend hoge werkloosheidsgraad van 9% in de EU-25 en van 8,1% in de EU-15 en in de derde plaats over de outputkloof van momenteel -1% van het BBP, wat erop wijst dat de economische groei in de EU beduidend onder zijn potentieel op lange termijn blijft als gevolg van de structurele inflexibiliteit, de zwakke binnenlandse vraag en het gebrek aan een goed evenwicht in de macro-economische beleidsmix; benadrukt dat het groeipotentieel van de Europese economie extreem laag blijft, ongeveer 2%, wat veel lager is dan elders in de wereld; is van mening dat dit groeipotentieel onvoldoende is voor het scheppen van arbeidsplaatsen en het terugdringen van de werkloosheid of voor de ontwikkeling van een uitgebreide Unie;
1. exprime son inquiétude, premièrement, devant la persistance d'une croissance lente en Europe depuis 2002, le rythme de la croissance ne s'étant que progressivement accéléré dans la zone euro pour passer de 0,6 % en 2003 à 1,3 % en 2005, ce qui contraste avec le taux de croissance de 3,5 % affiché par les États-Unis en 2005 et le rebond de l'économie japonaise, induit par la demande intérieure finale privée, deuxièmement, devant la persistance d'un taux de chômage élevé, atteignant 9 % dans l'UE-25 et 8,1 % dans l'UE-15 et, troisièmement, quant à l'écart de production qui atteint actuellement -1 % du PIB, ce qui prouve que la croissance économique de l'UE, entravée par des rigidités structurelles, une demande intérieure faible et l'absence d'un dosage équilibré des politiques macroéconomiques, reste bien en deçà de son potentiel à long terme; relève que la croissance potentielle de l'économie européenne demeure trop faible, qu'elle se situe autour de 2 %, chiffre qui est très inférieur à ceux enregistrés dans les autres zones du monde; estime que ce potentiel de croissance est insuffisant pour créer des emplois, réduire les taux de chômage et développer une Europe élargie;