In 2001 steeg het gemiddelde tekort van de tien landen van Midden- en Oost-Europa van 3,2% tot 3,8% als gevolg van de vertraging van de economie, een versoepeling van het begrotingsbeleid, eenmalige uitgaven naar aanleiding van de overgang, en een betere registratie.
En 2001, le déficit moyen des dix pays d'Europe centrale et orientale est passé de 3,2 % à 3,8 %, en raison du ralentissement économique, du desserrement de la politique budgétaire, de dépenses exceptionnelles liées à la transition et d'une meilleure capacité de mesure.