Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet van artikel 71, 4°, van de in het geding zijnde wet in zoverre die bepaling de hernieuwing verbiedt van een mandaat van de korpschef van een plaatselijke politiezone tegen wie de zware tuchtstraf van de inhouding van wedde is uitgesproken terwijl, krachtens artikel 79 van de in het geding zijnde wet, alleen zwaardere tuchtstraffen ertoe kunnen leiden dat een dergelijk mandaat voortijdig wordt beëindigd, op voorwaarde dat de betrokken politieraad een eensluidend advies uitbrengt.
La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 71, 4°, de la loi en cause en ce que cette disposition interdit le renouvellement d'un mandat du chef de corps d'une zone de police locale contre lequel la sanction disciplinaire lourde de la retenue de traitement a été prononcée alors que seules des sanctions disciplinaires plus lourdes peuvent aboutir, en vertu de l'article 79 de la loi en cause, à mettre anticipativement un terme à un tel mandat, moyennant l'avis conforme du conseil de police concerné.