Voorts heeft het Gerecht gehandeld in strijd met het recht van rekwirant op een eerlijk proces, zijn rechten van verdediging en in het bijzonder het recht te worden gehoord en het in artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie neergelegde recht op een doeltreffende voorziening in rechte.
Le Tribunal aurait également violé le droit du requérant à un procès équitable, ses droits de la défense, et en particulier, le droit d’être entendu ainsi que le droit à un recours effectif, en méconnaissance de l’article 47 de la Charte des droits fondamentaux de l’Union européenne.