1. Uit een antwoord van 19 mei 2005 op een mondelinge vraag van toenmalige senatrice Mia de Schamphelaere blijkt dat er tussen januari 1991 en april 2005 41.009 aanvragen om regularisatie van studieperiodes ingediend, waarbij 80 % va
n de aanvragers ook effectief overgegaan is tot betaling. a) Hoeveel mensen waren er in de werknemersregeling die tijdens de jaren 2006, 2007 e
n 2008 een aanvraag hebben ingediend voor regularisatie van hun studieperiodes? b) Hoeveel mensen zijn tijdens deze jaren ook effectief overgegaan tot betaling van
...[+++]bijdragen? c) Hoeveel inkomsten uit bijdragen tot regularisatie heeft men hierdoor extra geïnd tijdens deze jaren? d) Hoeveel extra toekomstige pensioenuitgaven staan er tegenover deze regularisaties, uitgesplitst naar 2006, 2007 en 2008?1. Il ressort de la réponse donnée le 19 mai 2005 à une question orale de madame Mia de Schamphelaere, sénatrice à l'époque, qu'entre le mois de janvier 1991 et le mois d'avril 2005, 41.009 demandes de régularisation de périodes d'étude ont été déposées et que 80%
des demandeurs ont effectivement procédé au versement de cotisations. a) Dans le régime des travailleurs salariés, combien de personnes ont-elles déposé une demande de régularisation de leurs périodes d'étude pendant les années 2006, 2007 et 2008? b)Pendant ces années, combien de personnes ont-elles effectivement versé des cotisations? c) Combien de revenus provenant de cotisat
...[+++]ions de régularisation a-t-on ainsi pu être encaissés au cours des années en question? d) Combien de futures dépenses de pension supplémentaires correspondent-elles à ces régularisations, pour 2006, 2007 et 2008?