In deze materie wordt eveneens bepaald dat « eender wie, burger of militair, die in de uitoefening van zijn functies toegang moet hebben tot inlichtinge
n geklasseerd als « vertrouwelijk » of daarboven, voorafgaa
nd het voorwerp zou moeten zijn van een veiligheidsmachtiging » en dat « wanneer personen zoals portiers, nachtwakers enz. worden tewerkgesteld in omstandigheden die hen de bijzondere gelegenheid bieden onvrijwillig toegang te hebben tot geklasseerde inlic
htingen, zij houder zouden ...[+++] moeten zijn van een veiligheidsmachtiging alsof ze in feite gemachtigd waren om toegang te hebben tot deze inlichtingen ».Il est également précisé en
cette matière que « toute personne, civile ou militaire, appelée, dans l'exercice de ses fonctions, à avoir accès à des renseignements classifiés « confidentiel » ou au dessus devrait faire l'objet au préalable d'une habilitation de sécurité » et que « lorsque des personnes telles que les huissers, les gardiens de nuit, etc .sont employés dans des conditions qui leur fournissent l'occasion spéciale d'avoir involontairement accès à des renseignements classifiés, il faudrait qu'elles soient titulaires d'une habilitation de sécurité comme si elles étaient en fait autorisées à avoir accès à ce
...[+++]s renseignements ».