37. onderkent de gevoeligheden van sommige GCC-landen met betrekking tot de uitvoerrechten, maar betreurt het recente besluit van de GCC-onderhandelaars om weer hun standpunt van 2008 in te nemen, d.w.z. om de terzake geldende regels buiten de vrijhandelsovereenkomst te houden; is er stellig van overtuigd dat in een nieuw te sluiten vrijhandelsovereenkomst niet kan worden voorbijgegaan aan het aspect uitvoerrechten en dat de WTO-regels voorschrijven dat vrijhandelsovereenkomsten moeten voorzien in een substantiële liberalisering van zowel in- als uitvoer;
37. est conscient des sensibilités de certains États du CCG sur la question des droits à l'exportation, mais déplore la décision récente des négociateurs du CCG de revenir à leur position de 2008 à cet égard, à savoir de laisser les sanctions sur cette question en dehors de l'ALE; est fermement convaincu qu'aucun ALE actuel ne peut faire l'impasse sur la question des droits à l'exportation et que les règles de l'OMC indiquent que les ALE doivent prévoir une libéralisation substantielle tant des importations que des exportations;