34. dringt er bij de Commissie en de lidstaten op aan te erkennen dat energieverbruik door de armen in ontwikkelingslanden momenteel niet aanzienlijk bijdraagt (en dit in de nabije toekomst ook niet zal doen) tot de mondiale broeikasgasemissies (1,3% van de totale uitstoot tegen 2030, volgens het IEA), en dat om in die landen te zorgen voor een minimale levensstandaard het verbruik per hoofd van moderne energiediensten moet toenemen zonder gebonden te zijn aan te strenge maatregelen ter beperking van de klimaatverandering;
34. prie la Commission et les États membres de reconnaître que la consommation d'énergie des populations pauvres dans les pays en développement ne contribue pas significativement (et ne le fera pas dans un futur proche) aux émissions mondiales de gaz à effet de serre (1,3 % des émissions globales d'ici 2030 d'après l'AIE), et que pour instaurer un niveau de vie minimal acceptable, l'accès aux services énergétiques par habitant devrait augmenter sans être soumis à des mesures trop strictes de réduction liées au changement climatique;