4. In afwijking van de tweede alinea van lid 1 van het enig artikel van bijlage IV ontvangt een ambtenaar waarvoor overeenkomstig lid 1 een pensioengerechtigde leeftijd van minder dan 65 jaar van toepassing is, de vergoeding waarin die bijlage voorziet onder de daarin vastgestelde voorwaarden tot de dag waarop hij zijn pensioengerechtigde leeftijd bereikt.
4. Par dérogation à l'article unique, paragraphe 1, deuxième alinéa, de l'annexe IV, un fonctionnaire pour lequel l'âge de la retraite applicable est inférieur à 65 ans conformément au paragraphe 1 reçoit l'indemnité prévue dans cette annexe, dans les conditions qui y sont fixées, jusqu'au jour où ce fonctionnaire atteint l'âge de la retraite.