Die werd geschrapt bij de wet van 21 april 1994 omdat de wetgever toen, enerzijds, had vastgesteld dat « geen enkele syndicale organisatie de kaap van 10 pct [bereikte,] wat een probleem [stelde] inzake de facto [.] representativiteit » (Parl. St., Kamer, 1993-1994, nr. 1266/1, p. 2) en, anderzijds, dat er « evenveel militairen bij beroepsorganisaties aangesloten [waren] als bij de interprofessionele bonden » (Parl. St., Senaat, 1993-1994, nr. 998/2, p. 3).
Celle-ci a été supprimée par la loi du 21 avril 1994, le législateur ayant constaté, à l'époque, d'une part, qu' » aucune organisation syndicale n'[atteignait] le cap des 10 %, ce qui [posait] un problème en ce qui concerne la représentativité de fait » (Doc. parl., Chambre, 1993-1994, n° 1266/1, p. 2) et, d'autre part, qu'il y avait « autant de militaires affiliés à des organisations professionnelles qu'à des organisations interprofessionnelles » (Doc. parl., Sénat, 1993-1994, n° 998/2, p. 3).