1° de ambtenaar, titularis van de graad van inspecteur, bezoldigd met de weddenschaal 2A, die een graadanciënniteit heeft van meer dan 2 jaar en minder dan 8 jaar en houder is van het eerste gedeelte van de middelbare graad van de school voor criminologie en criminalistiek, die ingeschaald wordt in de weddenschaal B3, wordt geacht de waardemeting n° 1 te hebben verworven en kan onmiddellijk de erkende vorming volgen voor de waardemeting n° 2 die recht geeft op de waarderingstoelage die erbij hoort;
1° l'agent titulaire du grade d'inspecteur, revêtu de l'échelle barémique 2A, ayant une ancienneté de grade supérieure à 2 ans et inférieure à 8 ans et détenteur de la première partie du cours moyen de l'école de criminologie et de criminalistique, inséré dans l'échelle B3 est censé avoir acquis la mesure de valorisation n° 1 et peut suivre immédiatement la formation agréée pour acquérir la mesure de valorisation n° 2 donnant droit à l'allocation de valorisation y afférent;