Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Ertoe strekken

Traduction de «ertoe te vernemen » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous


Overeenkomstig punt 34 van het Interinstitutioneel Akkoord inzake beter wetgeven worden de lidstaten ertoe aangespoord voor zichzelf en in het belang van de Gemeenschap hun eigen tabellen op te stellen, die voor zover mogelijk het verband weergeven tussen deze richtlijn en de omzettingsmaatregelen, en deze tabellen openbaar te maken

Conformément au point 34 de l'accord interinstitutionnel 'Mieux légiférer', les États membres sont encouragés à établir, pour eux-mêmes et dans l'intérêt de l'Union, leurs propres tableaux, qui illustrent, dans la mesure du possible, la concordance entre la présente directive et les mesures de transposition et à les rendre publics.


daarna volgt normaalgloeien dat ertoe dient de korrel te verfijnen

ensuite une normalisation destinée à affiner le grain


collectieve procedures die op de insolventie van de schuldenaar berustend, ertoe leiden dat deze schuldenaar het beheer en de beschikking over zijn vermogen geheel of gedeeltelijk verliest en dat een curator wordt aangewezen

procédures collectives fondées sur l'insolvabilité du débiteur qui entraînent le dessaisissement partiel ou total de ce débiteur ainsi que la désignation d'un syndic
TRADUCTIONS EN CONTEXTE
De verwijzende rechter wenst te vernemen of artikel 39 van het decreet van 21 juni 2013 bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 84 (lees : 133) en 144 ervan en met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, doordat de in het geding zijnde bepaling geen interpretatieve bepaling zou zijn, maar een retroactieve wijzigende bepaling die ertoe zou strekken de afloop van de hangende procedures te beïnvloeden en die door geen enkele buitengewone omstandigheid zou ...[+++]

Le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de l'article 39 du décret du 21 juin 2013 avec les articles 10, 11 et 13 de la Constitution, combinés avec ses articles 84 (lire : 133) et 144, et avec l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce que la disposition en cause ne serait pas une disposition interprétative, mais une disposition modificative rétroactive qui tendrait à influencer l'issue des procédures pendantes et qui ne serait justifiée par aucune circonstance exceptionnelle.


In zoverre zij ertoe strekt van het Hof te vernemen of de in het geding zijnde bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre die bepaling niet toestaat dat het kind de naam van de moeder of de naam van de vader en die van de moeder draagt wanneer de afstamming van vaderszijde en de afstamming van moederszijde tegelijkertijd vaststaan en de vader het niet eens is met de toekenning van de naam van de moeder of van de naa ...[+++]

En ce que la Cour est interrogée sur la compatibilité de la disposition en cause avec les articles 10, 11 et 22bis de la Constitution, lus en combinaison avec les articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce que cette disposition ne permet pas que l'enfant porte le nom de la mère ou le nom du père et de la mère lorsque la filiation paternelle et la filiation maternelle sont établies en même temps et qu'il n'y a pas accord du père sur l'attribution du nom de la mère ou du nom des deux parents, la question préjudicielle porte sur un point de droit tranché par l'arrêt n° 2/2016.


De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord in zoverre zij ertoe strekt van het Hof te vernemen of artikel 335, § 1, tweede lid, derde zin, van het Burgerlijk Wetboek bestaanbaar is met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre het in geen enkele toetsing van het belang van het kind bij de naamgeving voorziet.

La question préjudicielle appelle une réponse négative en ce qu'elle interroge la Cour sur la compatibilité de l'article 335, § 1, alinéa 2, troisième phrase, du Code civil avec les articles 10, 11 et 22bis de la Constitution, lus en combinaison avec les articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'il ne prévoit aucun contrôle de l'intérêt de l'enfant dans l'attribution du nom.


De eerste prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of dat artikel 30bis, § 5, eerste en tweede lid, in die zin geïnterpreteerd dat het geen inbreuk in de zin van artikel 31 van de RSZ-wet invoert, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het de persoon die door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor de arbeidsrechtbank wordt gedagvaard, wegens de afwezigheid van de bij artikel 30bis, § 4, eerste en tweede lid, van dezelfde wet vereiste storting, teneinde te worden veroordeeld tot de betaling, aan die instelling, van de in de in het geding zijnde bepaling bedoelde bijslag, niet toestaat aansp ...[+++]

La première question préjudicielle interroge la Cour sur la compatibilité de cet article 30bis, § 5, alinéas 1 et 2, interprété comme n'instaurant pas une infraction au sens de l'article 31 de la loi ONSS, avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'il ne permet pas à la personne qui est citée devant le tribunal du travail par l'Office national de sécurité sociale en vue d'être condamnée à payer à cet organisme la majoration visée par la disposition en cause - en raison de l'absence de versement exigé par l'article 30bis, ...[+++]


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
De tweede prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of datzelfde artikel 30bis, § 5, eerste en tweede lid, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het de persoon die door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor de arbeidsrechtbank wordt gedagvaard, wegens de afwezigheid van de bij artikel 30bis, § 4, eerste en tweede lid, van dezelfde wet vereiste storting, teneinde te worden veroordeeld tot de betaling, aan die instelling, van de in de in het geding zijnde bepaling bedoelde bijslag, niet toestaat de opschorting of het uitstel van de tenuitvoerlegging van de veroordeling tot de betaling van d ...[+++]

La seconde question préjudicielle interroge la Cour sur la compatibilité de ce même article 30bis, § 5, alinéas 1 et 2, avec les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce qu'il ne permet pas à la personne qui est citée devant le tribunal du travail par l'Office national de sécurité sociale en vue d'être condamnée à payer à cet organisme la majoration visée par la disposition en cause - en raison de l'absence de versement exigé par l'article 30bis, § 4, alinéas 1 et 2, de la même loi - de demander la suspension ou le sursis à l'exécu ...[+++]


De vraag strekt ertoe te vernemen of artikel 289bis, § 2, van het WIB 1992 de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet schendt in zoverre de vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van de kleine en middelgrote ondernemingen (hierna : kmo's) maar die zijn uitgesloten van de toepassing van het verlaagde tarief van de vennootschapsbelasting waarin is voorzien bij artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992 omdat de dividenduitkering hoger is dan 13 pct. van het gestorte kapitaal bij het begin van het belastbare tijdperk, de toepassing van het belastingkrediet niet kunnen genieten, terwijl de vennootschappen die beantwoorden aan de ke ...[+++]

La question porte sur le point de savoir si l'article 289bis, § 2, du CIR 1992 viole les articles 10, 11 et 172 de la Constitution en ce que les sociétés qui répondent aux caractéristiques des petites et moyennes entreprises (ci-après : PME) mais qui sont exclues de l'application du taux réduit à l'impôt des sociétés prévu par l'article 215, alinéa 2, du CIR 1992 parce que les dividendes distribués excèdent 13 % du capital libéré au début de la période imposable ne peuvent bénéficier de l'application du crédit d'impôt, alors que les sociétés qui répondent aux caractéristiques d'une PME mais dont les dividendes distribués n'excèdent pas 1 ...[+++]


De prejudiciële vraag strekt ertoe te vernemen of de onderworpenheid van alle « aanvragers » aan de in het geding zijnde mededelingsplicht en aan de in het geding zijnde heffingen en vergoedingen het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie schendt, en beperkt zich bijgevolg niet louter tot de interpretatie van het begrip « aanvrager ».

La question préjudicielle vise à savoir si la circonstance que tous les « demandeurs » sont soumis aux cotisations et redevances en cause viole le principe d'égalité et de non-discrimination et ne se borne dès lors pas à la simple interprétation de la notion de « demandeur ».


De eerste prejudiciële vraag strekt ertoe te vernemen of artikel 26, § 3, van de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden (hierna : voetbalwet), zoals ingevoegd bij artikel 496 van de programmawet van 27 december 2004, een schending inhoudt van artikel 11 van de Grondwet en van « een fundamentele waarborg die voortvloeit uit de algemene beginselen van de strafrechtspleging », doordat het de mogelijkheid creëert dat bij een administratieve afhandeling van de zaak de sanctie niet wordt opgelegd door de persoon die de mondelinge verdediging heeft gehoord, terwijl dat in geval van een strafrechtelijk afhandel ...[+++]

Il est demandé, dans la première question préjudicielle, si l'article 26, § 3, de la loi du 21 décembre 1998 relative à la sécurité lors des matches de football (ci-après : loi sur le football), inséré par l'article 496 de la loi-programme du 27 décembre 2004, viole l'article 11 de la Constitution et « une garantie fondamentale découlant des principes généraux de la procédure pénale », en ce qu'il crée la possibilité, dans le cadre d'une instruction administrative de l'affaire, que la sanction ne soit pas infligée par la personne qui a entendu la défense orale, ce qui est impossible en cas d'instruction pénale de l'affaire.


De prejudiciële vraag strekt ertoe te vernemen of artikel 804, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, doordat de rechtspleging ten aanzien van de in die bepaling bedoelde partij, die op de inleidende zitting is verschenen en conclusies heeft neergelegd, doch niet op de pleitzitting is verschenen, wordt geacht op tegenspraak te zijn, terwijl ten aanzien van andere partijen, met name die welke eveneens conclusies hebben neergelegd, maar niet zijn verschenen op de inleidende zitting, noch op de pleitzitting, een vonnis bij verstek kan worden gevorderd waartegen verzet kan worden aangetekend.

La question préjudicielle porte sur le point de savoir si l'article 804, alinéa 2, du Code judiciaire viole les articles 10 et 11 de la Constitution, en ce que la procédure est réputée contradictoire à l'égard de la partie visée dans cette disposition, qui a comparu à l'audience d'introduction et a déposé des conclusions mais n'a pas comparu à l'audience de plaidoiries, alors qu'à l'encontre d'autres parties, notamment de celles qui ont également déposé des conclusions mais qui n'ont comparu ni à l'audience d'introduction ni à l'audience de plaidoiries, un jugement par défaut contre lequel il peut être formé opposition peut être requis.


De derde prejudiciële vraag strekt ertoe te vernemen of artikel 27 van het in het geding zijnde decreet een schending inhoudt van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het beginsel van de vrijheid van handel en nijverheid, in zoverre het een programmering van de rustoorden oplegt volgens welke minstens 29 pct. van de bedden is bestemd voor de openbare sector, minstens 21 pct. voor de non-profit privé-sector en hoogstens 50 pct. voor de commerciële privé-sector.

La troisième question préjudicielle tend à savoir si l'article 27 du décret en cause méconnaît les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés avec le principe de la liberté de commerce et d'industrie, en ce qu'il impose une programmation des maisons de repos pour personnes âgées aux termes de laquelle 29 p.c. au minimum des lits sont réservés au secteur public, 21 p.c. au minimum au secteur privé non lucratif et 50 p.c. au maximum au secteur privé commercial.




D'autres ont cherché : ertoe strekken     ertoe te vernemen     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'ertoe te vernemen' ->

Date index: 2025-04-10
w