De ordonnantiegever kon, zonder afbreuk te doen aan de verplichtingen die ter zake zijn opgenomen in het Verdrag van Aarhus, bepalen dat sommige categorieën van inrichtingen, die niet zijn opgenomen in bijlage I van het Verdrag, en waarvan hij oordeelt dat zij geen aanzienlijk effect op het milieu hebben, zoals de inrichtingen van categorie ID, geen voorafgaand openbaar onderzoek vereisen.
Le législateur ordonnanciel a pu prévoir, sans porter atteinte aux obligations énoncées en la matière dans la Convention d'Aarhus, que certaines catégories d'installations ne figurant pas dans l'annexe I de la Convention et dont il estime qu'elles n'ont pas un effet important sur l'environnement, telles que les installations de catégorie ID, ne nécessitent pas d'enquête publique préalable.