5. onderstreept dat externe spelers eveneens de verantwoordelijk hebben om hun macht en invloed aan te wenden op een wijze die strookt met de regels van het internationaal recht, met inbegrip van de wetgeving op het gebied van de mensenrechten; is van mening dat gestreefd moet worden naar verdere en evenwichtige samenwerking tussen de externe spelers in de regio voor een vreedzame oplossing van de conflicten; acht het onaanvaardbaar dat externe spelers voorwaarden stellen aan de eerbiediging van de soevereiniteit en de territoriale integriteit van de landen van de zuidelijke Kaukasus;
5. ajoute que les acteurs extérieurs ont le devoir d'user de leurs pouvoirs et de leur influence d'une manière qui soit pleinement compatible avec le droit international, notamment en matière de droits de l'homme; est convaincu de la nécessité de rechercher une coopération équilibrée et plus profonde entre ces acteurs en vue de contribuer au règlement pacifique des conflits; estime qu'il est inacceptable qu'un acteur extérieur impose des conditions au respect de la souveraineté et de l'intégrité territoriale des États du Caucase du Sud;