Traduction de «facturist » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE

facturiste | medewerkster facturatie | facturist | medewerker facturatie
secrétaire facturier | secrétaire facturier/secrétaire facturière | secrétaire facturière

facturist
facturier

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Facturist, houder van secondaire boeken, houder van bestellingboeken, houder van gewone statistieken, van schrifturen, van voorraden.
Facturier, teneur de livres secondaires, teneur de livres de commandes, teneur de statistiques simples, d'écritures, de stocks.

- facturist belast met het opmaken van omslachtige facturen;
- facturier chargé de la confection de factures hors-série;

- Facturist belast met het opmaken van omslachtige facturen waarbij onder meer opmetingen, kubusberekeningen, omrekeningen in waarden, vreemde maten en gewichten enz. te pas komen;
- Facturiste chargé de l'établissement de factures hors-séries, comportant notamment des mesurages, cubages, conversions en valeurs, mesures et poids étrangers, etc.;

- bediende-facturist : bediende die gewone facturen opmaakt doch geen verantwoordelijkheid draagt voor speciale clausules;
- employé facturier : employé qui établit des factures courantes sans responsabilité de clauses spéciales;

- Bediende-facturist : belast met het opnamen van eenvoudige rekeningen en statistieken;
- Employé facturiste : chargé d'établir des factures courantes et des statistiques;