Art. 12. De familie verbindt zich ertoe om ervoor te zorgen dat de woonunit in goede staat en proper blijft en om de plaats als een goede huisvader te gebruiken, zonder de aard of de bestemming ervan te wijzigen.
Art. 12. La famille s'engage à maintenir le lieu d'hébergement en bon état et propre et à en user en bon père de famille, sans en modifier la nature ou la destination.