Als ondernemingen bewijzen dat de opname van de hardcore beperking in de overeenkomst waarschijnlijk efficiëntieverbeteringen zal opleveren en aantonen dat in het algemeen aan alle voorwaarden van artikel 101, lid 3, wordt voldaan, moet de Commissie een feitelijke beoordeling maken van de waarschijnlijke negatieve effecten op de mededinging, alvorens definitief te beoordelen of aan de voorwaarden van artikel 101, lid 3, wordt voldaan (28).
Si les entreprises établissent que des gains d'efficience probables résultent de l'introduction d'une restriction caractérisée dans l'accord et démontrent que, globalement, toutes les conditions de l'article 101, paragraphe 3, sont remplies, la Commission devra apprécier effectivement l'incidence négative probable sur la concurrence avant de statuer définitivement sur la question de savoir si les conditions énoncées à l'article 101, paragraphe 3, sont remplies (28).