Om deze vergoedingen te bekostigen worden producenten van fonogrammen ertoe verplicht om minstens eenmaal per jaar een bepaalde som opzij te leggen, namelijk minimaal 20 % van hun inkomsten uit uitsluitende rechten op de verspreiding, verhuur, reproductie en "beschikbaarstelling" van fonogrammen die bij afwezigheid van een termijnverlenging niet langer onder de bescherming van artikel 3 zouden vallen.
Pour financer ces paiements, les producteurs de phonogrammes sont tenus de verser, au moins une fois par an, au moins 20 % des recettes provenant des droits exclusifs de distribution, location, reproduction et mise à disposition de phonogrammes qui, en l’absence de prolongation, ne seraient plus protégés en vertu de l’article 3.