Dat het VN-Comite van de rechten van het kind, ter gelegenheid van het eerste Belgisch rapport betreffende het Verdrag inzake de rechten van het kind, betreurde dat de n
iet-gouvernementele organisaties niet betrokken waren bij de voorbereiding van deze eerste rapportag
e en de aanbeveling formuleerde « maatregelen te nemen teneinde een geregelde en nauwe samenwerking te bevorderen tussen de federale overheid en de plaatselijke autoriteiten, zulks met medewerking van de niet-gouvernementele organisaties die toezicht houden op de wijze w
...[+++]aarop de rechten van het kind in de Verdragsluitende Staat worden uitgeoefend » (§ 13, blz. 170-171);
que le Comité des droits de l'homme de l'O.N.U. a déploré, à l'occasion de la sortie du premier rapport de la Belgique relatif à la Convention sur les droits de l'enfant, que les organisations non gouvernementales n'aient pas été associées à sa préparation et qu'il a recommandé de « créer des moyens de faciliter une coopération régulière et plus étroite entre le Gouvernement fédéral et les autorités locales, en collaborant avec les organisations non gouvernementales qui surveillent comment s'exercent les droits de l'enfant dans l'État partie » (p. 158, § 13);