C. overwegende dat de lidstaten en in het bijzonder convergentiegebieden kwetsbaarder worden voor zowel natuurlijke als door de mens veroorzaakte rampen als gevolg van factoren zoals onder meer intensief bodemgebruik, lukrake industriële en stedelijke groei, ontvolking van het platteland en woestijnvorming en als gevolg van de toegenomen frequentie van extreme meteorologische gebeurtenissen,
C. considérant que des facteurs tels que, notamment, l'utilisation intensive des sols, la croissance industrielle et urbaine désordonnée, l'exode rural, la désertification et l'intensification de l'occurrence de phénomènes climatiques extrêmes, rendent les États membres, et plus particulièrement les régions de convergence, plus vulnérables aux catastrophes, qu'elles soient naturelles ou d'origine humaine,