In afwijking van artikel 10, 17°, van het besluit van de Franse Gemeenschapsexecutieve van 22 april 1969 dat de vereiste bekwaamheidsbewijzen vastlegt van de leden het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel, van het psychologisch personeel en van het sociaal personeel van de instellingen voor voorschools, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en hoger, niet-universitair onderwijs en voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap en de internaten die van deze instellingen afhangen, worden de personeelsleden die in dienst zijn getreden hoewel ze n
iet aan de voor die functie vereiste voorwaard ...[+++]en op het vlak van bekwaamheidsbewijzen en/of ervaring voldeden, omdat op dat moment geen enkel personeelslid aan deze twee voorwaarden kon voldoen, beschouwd als personeelsleden die titularis zijn van de vereiste bekwaamheidsbewijzen voor de uitoefening van die functie vanaf het moment dat zij voor deze functie zes jaar anci`nniteit hebben».Par dérogation à l'article 10, 17°, de l'arrêté de l'Exécutif de la Communauté française du 22 avril 1969 fixant les titres requis des membres du personnel directeur et enseignant, du personnel auxiliaire d'éducation, du personnel paramédical, du personnel psychologique, du personnel social des établissements d'enseignement préscolaire, primaire, spécial, moyen, technique, artistique, de promotion sociale et supérieur non universitaire de la Communauté française et des internats dépendant de ces établissements, les membres du personnel
qui sont entrés en fonction bien que ne réunissant pas les conditions de titres de capacité et/ou l'expérie
nce utile ...[+++]du métier requise, parce qu'à ce moment aucun membre du personnel ne pouvait remplir ces deux conditions, sont considérés comme porteurs des titres requis pour l'exercice de cette fonction dès lors qu'ils comptent six années d'ancienneté dans la fonction».