Art. 18. De na te leven voorwaarden zijn de volgende : 1° een voorafgaande diagnose betreffende de biologische waarde van de oppervlakte geeft aanleiding tot een advies van een deskundige overeenkomstig artikel 12 van het besluit van de Regering, met de bepalingen eigen aan de plaatselijke situatie; 2° geen activiteit op de oppervlakte tijdens een in het advies van de deskundige bepaalde periode die, behoudens bijzondere gevallen, van 1 januari tot een in genoemd advies bepaalde datum in juli loopt; 3° het vee aanwezig op de oppervlakte mag voeder noch krachtvoeder krijgen; 4° de aanbreng van bemestings- en grondverbeteringsmiddelen is niet toegelaten, met uitzondering van de teruggave aan de bodem door de dieren tijdens het weiden, beh
...[+++]oudens behoorlijk met redenen omklede uitzondering in het advies van de deskundige; 5° het gebruik van fytofarmaceutische producten, met uitzondering van een plaatselijke bestrijding van rumex en distel niet beschermd bij bijlage VI. B van de wet van 12 juli 1973 is verboden; 6° zaaiingen of overzaaiingen is verboden, behoudens bijzondere gevallen gerechtvaardigd in het advies van de deskundige; 7° in geval van een ander beheer dan weiden wordt enkel maaien met afvoer van het product toegelaten; 8° behoudens rechtvaardiging in het advies van de deskundige, zijn bagger- of ruimingswerken in sloten verboden.Art. 18. Les conditions à respecter sont les suivantes : 1° un diagnostic préalable relatif à la valeur biologique de la surface donne lieu à un avis d'expert conformément à l'article 12 de l'arrêté du Gouvernement, comprenant les dispositions spécifiques à la situation locale; 2° aucune intervention sur la surface pendant une période précisée dans l'avis d'expert et s'étendant, sauf cas particuliers, du 1 janvier à une date en juillet précisée dans cet avis n'est autorisée; 3° le bétail présent sur la surface ne reçoit ni concentré, ni fourrage; 4° aucun apport de fertilisants et amendements n'a lieu, à l'exception des restitutions par les animaux lors du pâturage et sauf exception dûment motivée dans l'avis d'expert; 5° l'util
isation de ...[+++] produits phytopharmaceutiques est interdite, à l'exception du traitement localisé contre chardons et rumex non protégés par l'annexe VI. B de la loi du 12 juillet 1973; 6° le semis ou le sur-semis, sauf cas particuliers motivés dans l'avis d'expert sont interdits; 7° en cas de gestion autre que par pâturage, seule la fauche avec exportation du produit de la fauche est autorisée; 8° sauf justification dans l'avis d'expert, les travaux de drainage ou de curage des fossés sont interdits.