Krachtens artikel 129, § 2, tweede streepje, van de Grondwet, waarbij « de diensten waarvan de werkkring verder reikt dan het taalgebied waarin zij gevestigd zijn » worden uitgezonderd van de bevoegdheid inzake het gebruik der talen die is toegekend aan de Vlaamse en de Franse Gemeenschap, is de federale wetgever bevoegd gebleven om het gebruik der talen te regelen in de diensten van de provincie Luik, waarvan de werkkring verder reikt dan het Franse taalgebied.
En vertu de l'article 129, § 2, deuxième tiret, de la Constitution, qui excepte de la compétence en matière d'emploi des langues attribuée aux Communautés française et flamande, « les services dont l'activité s'étend au-delà de la région linguistique dans laquelle ils sont établis », le législateur fédéral est demeuré compétent pour régler l'emploi des langues dans les services de la province de Liège, dont l'activité s'étend au-delà de la région de langue française.