Mag men om een subtieler voorbeeld te gebruiken pleiten tegen artikel 17 dat het genot van de rechten en vrijheden ontzegt aan degenen die deze rechten en vrijheden pogen te ondergraven ? Of mag men, integendeel, een uitbreiding van dit artikel betrachten en dus er naar streven het genot van deze rechten nog meer te beperken ?
Peut-on pour prendre un exemple plus subtil plaider contre le maintien de l'article 17, qui prive de la jouissance des droits et libertés ceux qui tentent de saper ces droits et libertés ou, inversement, plaider pour que l'on en élargisse la portée et, partant, pour que l'on mette des restrictions encore plus grandes à la jouissance de ces droits ?