1. Onverminderd het beginsel dat elke lidstaat verantwoordelijk is voor de werk- en leefomstandigheden van zeevarenden op schepen die zijn vlag voeren, is de lidstaat eveneens verantwoordelijk voor de uitvoering van de bepalingen van dit artikel met betrekking tot de selectie en werving van zeevarenden alsmede de socialezekerheidsbescherming van zeevarenden die zijn onderdanen of inwoners zijn of anderszins gedomicilieerd zijn op zijn grondgebied, voor zover in deze verantwoordelijkheid wordt voorzien in dit artikel.
1. Sans préjudice du principe de sa responsabilité en ce qui concerne les conditions de travail et de vie des gens de mer à bord des navires battant son pavillon, chaque État membre a également la responsabilité de veiller à l’application des prescriptions du présent article relatives au recrutement, au placement et à la protection en matière de sécurité sociale des gens de mer qui sont ses nationaux, ou des résidents, en encore des personnes domiciliées sur son territoire, dans la mesure où cette responsabilité est prévue dans le présent article.