Indien de Commissie, op verzoek van één lidstaat of op gezamenlijk verzoek van twee of meer lidstaten, constateert dat een concentratie als omschreven in art
ikel 3, die evenwel geen communautaire dimensie heeft in de zin van artikel 1, een machtspositie doet ontstaan of versterkt waardoor de daadwerkelijke mededinging op het grondgebied van de genoemde lidstaat of lidstaten die het verzoek heeft o
f hebben ingediend, aanzienlijk zou worden belemmerd, kan zij, voorzover die concentratie de hand
el tussen lidstaten ...[+++]nadelig beïnvloedt, de in artikel 8, lid 2, tweede alinea, en leden 3 en 4, bedoelde beschikkingen geven".
Si la Commission constate, à la demande d'un État membre ou à la demande conjointe de plusieurs États membres, qu'une opération de concentration, telle que définie à l'article 3 mais sans dimension communautaire au sens de l'article 1er, crée ou renforce une position dominante ayant comme conséquence qu'une concurrence effective serait entravée de manière significative sur le territoire de l'État membre ou des États membres dont émane la demande conjointe, elle peut, dans la mesure où cette concentration affecte le commerce entre États membres, prendre les décisions prévues à l'article 8 paragraphe 2 second alinéa et paragraphes 3 et 4».