Bovendien heeft het arrest nr. 25/90 van 5 juli 1990 het beroep van vennootschappen naar vreemd recht die geen zetel in België hadden ontvankelijk verklaard; de in het geding zijnde bepaling maakt geen onderscheid tussen Belgen en vreemdelingen maar wel onder vreemdelingen, zodat de in artikel 191 van de Grondwet bedoelde uitzondering niet relevant is, aangezien de tussenkomende partijen zich aldus op dezelfde rechten kunnen beroepen als de Belgen, met inbegrip van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.
En outre, l'arrêt n° 25/90 du 5 juillet 1990 a déclaré recevable le recours de sociétés de droit étranger n'ayant pas de siège en Belgique; la disposition en cause n'opère pas une distinction entre Belges et étrangers mais bien entre étrangers, de telle sorte que l'exception prévue par l'article 191 de la Constitution est irrelevante, les intervenants pouvant dès lors se prévaloir des mêmes droits que les Belges, y compris les articles 10 et 11 de la Constitution.