20. is ingenomen met de voortgang die is geboekt bij de asielwetgeving en roept de lidstaten op de noodzakelijke juridische en bestuurlijke hervormingen door te voeren om deze bepalingen effectief ten uitvoer te kunnen leggen; herinnert er echter aan de EU-asielbeleid de niet-begeleide minderjarigen als kinderen moet behandelen en roept de lidstaten daarom op om niet-begeleide minderjarigen zoveel mogelijk vrij te stellen van versnelde procedures en grensprocedures; herinnert er tevens aan dat de lidstaat waarin een niet-begeleide minderjarige zich ophoudt nadat hij een asielaanvraag heeft ingediend, verantwoordelijk is voor een asielaanvraag die in meer dan een lidstaat is ingediend door een niet-begeleide minderjarige die geen legaal op
...[+++] het grondgebied van de lidstaten verblijvend familielid heeft, en verzoekt de lidstaten gehoor te geven aan de uitspraken van het Europees Hof van Justitie; benadrukt dat het gezien de specifieke behoeften van niet-begeleide minderjarigen van cruciaal belang is dat hun asielaanvragen prioriteit krijgen, zodat zo spoedig mogelijk een eerlijk besluit genomen kan worden; spoort de lidstaten ertoe aan hun asielstelsels verder te ontwikkelen teneinde een geharmoniseerd en kindvriendelijk institutioneel kader tot stand te brengen waarbij rekening wordt gehouden met de speciale behoeften en uiteenlopende problemen waarmee niet-begeleide minderjarigen, vooral slachtoffers van mensenhandel, te maken hebben;