Aangezien er geen andere argumenten of opmerkingen werden ingediend, worden de overwegingen 118 tot en met 133 van de voorlopige verordening, met inbegrip van de conclusie dat de bedrijfstak van de Unie aanmerkelijke schade in de zin van artikel 3, lid 5, van de basisverordening heeft geleden, bevestigd.
En l'absence de toute autre demande ou observation, les éléments exposés aux considérants 118 à 133 du règlement provisoire, y compris la conclusion selon laquelle l'industrie de l'Union a subi un préjudice important au sens de l'article 3, paragraphe 5, du règlement de base, sont confirmés.