De leeftijd van 60 jaar waarop een ambtenaar voorheen met vervroegd pensioen kon gaan, wordt vanaf 2013 op geleidelijke wijze verhoogd, meer bepaald jaarlijks met 6 maanden, om vanaf 2016 op 62 jaar te blijven.
L'âge de 60 ans auquel un fonctionnaire pouvait auparavant partir à la retraite anticipée est relevé progressivement à partir de 2013, plus précisément de 6 mois chaque année, pour atteindre l'âge de 62 ans à partir de 2016.