« § 1 bis. In afwijking van het principe van de toekenning van gelijke studietoelagen overeenkomstig § 1 kan de Regering, zich door het administratief overwerk rechtvaardigend, bepalen dat toelagen van ten minste BEF 1, berekend overeenkomstig de bepalingen van § 1, tot een minimaal forfaitair bedrag dat BEF 3 000 niet mag overschrijden, verhoogd worden».
« § 1 bis. Par dérogation au principe de l'octroi d'allocations d'études égales conformément au § 1, le Gouvernement peut, en invoquant le coût administratif, déterminer que les allocations d'au moins BEF 1 calculées conformément aux dispositions énoncées au § 1 seront augmentées jusqu'à un montant minimal forfaitaire ne pouvant dépasser BEF 3 000».