3. Na een afwezigheid van meer dan een jaar kan de vreemdeling nog een recht op terugkeer uitoefenen op voorwaarde dat hij: - vóó
r zijn vertrek, het gemeentebestuur van zijn verblijfpla
ats kennis heeft gegeven van zijn voornemen om het land te verlaten en er terug te keren en bewezen heeft dat hij zijn hoofdbelangen in België behoudt; - bij zijn terugkeer in het bezit is van een verblijfs- of vestigingsvergunning waarvan de geldigheidsduur niet verstreken is; - en zich binnen vijftien dagen na zijn terugkeer aan
...[+++]meldt bij het gemeentebestuur (zie artikel 39, § 3, van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981).
3. Lorsque l'absence a duré plus d'un an, l'étranger peut encore exercer un droit de retour, à condition: - d'avoir, avant son départ, informé l'administration communale du lieu de sa résidence, de son intention de quitter le pays et d'y revenir et d'avoir prouvé qu'il conserve, en Belgique, le centre de ses intérêts; - d'être en possession, au moment de son retour, d'un titre de séjour ou d'établissement en cours de validité; - et de se présenter dans les quinze jours de son retour à l'administration communale (voir article 39, § 3, de l'arrêté royal du 8 octobre 1981).