Het aandeel in die aanvullende dotatie wordt aan de gemeenten gespreid uitbetaald, namelijk eind april, eind oktober en eind januari van het volgende begrotingsjaar (artikel 38).
La quote-part dans cette dotation complémentaire est payée aux communes de manière échelonnée, fin avril, fin octobre et fin janvier de l'année budgétaire suivante (article 38).