9. herhaalt zijn standpunt dat de associatieovereenkomsten niet het einddoel vormen bij de betrekkin
gen tussen de EU en Georgië, Moldavië en Oekraïne; wijst er
voorts op dat Georgië, Moldavië en Oekraïne, overeenkomstig artikel 49 VEU, een E
uropees perspectief hebben en het EU-lidmaatschap kunnen aanvragen, op voorwaarde dat zij de criteria van Kopenhagen en de beginselen van democratie, eerbiediging van de fundamentele vrijheden, de mensenrechten en de rechten van minder
...[+++]heden in acht nemen, en de rechtsstaat garanderen;
9. rappelle que, selon lui, les accords d'association ne constituent pas l'objectif final des relations de la Géorgie, de la Moldavie et de l'Ukraine avec l'Union; souligne en outre que, conformément à l'article 49 du traité sur l'Union européenne, la Géorgie, la Moldavie et l'Ukraine ont une perspective européenne et peuvent introduire une demande d'adhésion à l'Union européenne, à condition de faire leurs les critères de Copenhague et les principes démocratiques, de respecter les libertés fondamentales, les droits de l'homme et les droits des minorités et de garantir l'état de droit;