Art. 2. Elke instelling neemt de volgende bijkomende maatregelen met het oog op de toepassing van de wet en de regelgeving van de Europese Unie bedoeld in artikel 2 van de wet: 1° de opstelling van instructies aan de medewerkers die de biljetten en muntstukken behandelen; 2
° de opstelling van geschikte procedures om de instructies in werking te stellen, indien nodig door aan de medewerkers die de biljetten en muntstukken behandelen technische middelen ter beschikking te stellen die de opsporing vergemakkelijken van valse en voor circulatie ongeschikte biljetten en muntstukken en van vermoedelijk geneutraliseerde biljetten; 3° de sensi
...[+++]bilisering en regelmatige opleiding van de medewerkers die de biljetten en muntstukken behandelen; 4° de inwerkingstelling van geschikte interne controlemaatregelen, met inbegrip van interne audit, met het oog op de inachtneming van de hierboven omschreven maatregelen en procedures.Art. 2. Chaque établissement prend les mesures additionnelles suivantes en vue de l'application de la loi et de la réglementation de l'Union européenne visée à l'article 2 de la loi: 1° l'établissement d'instructions à l'attention des collaborateurs qui manipulent les billets et les pièces ; 2°
l'établissement de procédures adéquates en vue de mettre en oeuvre ces instructions, si nécessaire en mettant à la disposition des collaborateurs qui manipulent des billets et des pièces des moyens techniques facilitant la détection de billets et pièces faux et impropres à la circulation et de billets présumés neutralisés ; 3° la sensibilisatio
...[+++]n et la formation régulière des collaborateurs qui manipulent les billets et les pièces; 4° la mise en oeuvre de mesures de contrôle interne appropriées, y compris d'audit interne, en vue du respect des mesures et procédures décrites ci-dessus.