Art. 12 - Nadat de Dienst overeenkomstig artikel 3 heeft vastgelegd dat aan de gebruiker standaardhulpmiddelen worden verstrekt, voert een bij de Dienst aangestelde case manager een gesprek met de gebruiker om de behoefte aan een verstrekking van mobiliteitshulpmiddelen te bepalen. Dit gesprek vindt plaats bij de gebruiker thuis of, als de gebruiker dit wenst, in de Dienst.
Art. 12 - Après que l'Office a déterminé, conformément à l'article 3, que le bénéficiaire sera fourni en aides standards, un gestionnaire de cas occupé auprès de l'Office mène un entretien avec le bénéficiaire afin de déterminer le besoin en matière de fourniture d'aides à la mobilité. Cet entretien a lieu soit au domicile du bénéficiaire, soit, selon le souhait de ce dernier, à l'Office.