Behoudens in het geval bedoeld in het eerste lid onder b) van artikel 14, heeft de verzoekende Partij de toestemming van de aangezochte Partij nodig om de persoon die aan haar overgeleverd is en die gezocht wordt door een andere Partij of door een derde Staat die geen Partij bij dit Verdrag is, aan die andere Partij of aan die Staat uit te leveren ter zake van strafbare feiten, gepleegd vóór de overlevering.
Sauf dans le cas prévu au paragraphe 1 , alinéa b) , de l'article 14, l'assentiment de la Partie requise sera nécessaire pour permettre à la Partie requérante de livrer à une autre Partie ou à un État tiers l'individu qui lui aura été remis et qui serait recherché par l'autre Partie ou par l'État tiers pour des infractions antérieures à la remise.