« Art. 5. Tot de concrete activiteiten behoren onder meer alle activiteiten die de belangenbehartiging en dienstverlening bevorderen, het voeren en bevorderen van het overleg onderling, het overleg met de werknemersorganisaties, met de overheid en met derden, vertegenwoordiging in de geëigende structuren, bijstand en assistentie in juridische aangelegenheden, organiseren van vorming en opleiding voor de leden.
Art. 5. Relèvent notamment des activités concrètes toutes les activités qui favorisent la défense d'intérêts et la prestation de services, le fait de mener et de promouvoir la concertation mutuelle, la concertation avec les organisations de travailleurs, avec l'autorité et avec les tiers, la représentation dans les structures ad hoc, l'aide et l'assistance en matière juridique, l'organisation de formations pour les membres.