1.1. Doorzichtige/licht doorlatende wanden, met uitzondering van de deuren en garagedeuren (zie 1.3), de gordijngevel (lichte gevel) (zie 1.4) en de wanden in glazen bouwsteen (zie 1.5)
1.1. Parois transparentes/translucides, à l'exception des portes et portes de garage (voir 1.3), des façades légères (voir 1.4) et des parois en briques de verre (voir 1.5)