30. erkent de voordelen van 'flexicurity’-systemen die de lidstaten, afhankelijk van de omstandigheden, moeten hanteren ter vrijwaring van het potentieel van werknemers om een baan te behouden/te bemachtigen door hun mobiliteit en/of hun professionele vaardigheden via vakopleidingen en levenslang leren te verbeteren en deze te zien als een middel om een goede balans tussen werk en vrije tijd en concepten in verband met werk en levenscycli te bevorderen;
30. reconnaît les avantages des systèmes de "flexicurité" que les États membres devraient adopter, en fonction de leur situation, afin de protéger la capacité des travailleurs à trouver/garder un emploi grâce à la mobilité et/ou à l'amélioration de leurs qualifications professionnelles au travers de la formation professionnelle et de l'apprentissage tout au long de la vie et considérer ces derniers comme un moyen de favoriser la conciliation entre la vie privée et le travail et les concepts de cycles de la vie active;