De Raad en het Europees Parlement hebben de Commissie de bevoegdheid verleend om op grond van artikel 25, lid 6, te constateren dat een derde land op grond van zijn nationale wetgeving of zijn internationale verbintenissen waarborgen voor een passend beschermingsniveau biedt.
Le Conseil et le Parlement européen ont conféré à la Commission le pouvoir de déterminer, sur la base de l'article 25, paragraphe 6, de la directive 95/46/CE, si un pays tiers assure un niveau de protection adéquat, en raison de sa législation interne ou de ses engagements internationaux.